Is het voltooid deelwoord van verhuizen verhuisd of verhuist?

Is het voltooid deelwoord van verhuizen verhuisd of verhuist?

Waarom deze vraag zo vaak wordt gesteld

In het Nederlands worstelen veel mensen met de juiste spelling van werkwoorden, vooral in de voltooide tijd. Een veelvoorkomende fout is het verwarren van 'verhuisd' en 'verhuist'. Hoewel het klein lijkt, maakt zo'n fout een groot verschil in professionele communicatie. Daarom is het belangrijk om hier duidelijkheid over te geven.

Wat is een voltooid deelwoord?

Een voltooid deelwoord is een werkwoordsvorm die meestal samen met een hulpwerkwoord (zoals 'hebben' of 'zijn') wordt gebruikt om te vertellen dat iets in het verleden is gebeurd. Denk aan zinnen als: "Ik ben verhuisd" of "Hij heeft gewerkt". Het voltooid deelwoord van het werkwoord 'verhuizen' is in deze gevallen dus essentieel voor correcte communicatie.

Wanneer gebruik je verhuisd?

'Verhuisd' is het voltooid deelwoord van het werkwoord 'verhuizen'. Je gebruikt 'verhuisd' als je wil aangeven dat de handeling van verhuizen is voltooid. Bijvoorbeeld:

Voorbeelden

"Wij zijn vorig jaar naar Gent verhuisd."
"Zij heeft al drie keer verhuisd in haar leven."

In beide zinnen zie je dat 'verhuisd' aangeeft dat het verhuizen afgerond is. Het staat nooit op zichzelf, maar altijd in combinatie met een hulpwerkwoord zoals 'hebben' of 'zijn'.

Wanneer gebruik je verhuist?

'Verhuist' is een vervoeging van het werkwoord 'verhuizen' in de derde persoon enkelvoud, in de tegenwoordige tijd. Je gebruikt 'verhuist' dus om aan te geven dat iemand op dit moment of regelmatig verhuist.

Voorbeelden

"Hij verhuist volgende maand naar Antwerpen."
"Als je vaak verhuist, moet je flexibel zijn."

Let op het verschil: hier is er geen sprake van voltooiing, maar van een handeling die nu of regelmatig plaatsvindt.

Hoe onthoud je het verschil?

Een handige manier om dit te onthouden, is door jezelf af te vragen: Is de actie al gebeurd, of is ze nog bezig? Als het al is gebeurd, gebruik dan 'verhuisd'. Gaat het over iets wat nog moet gebeuren of regelmatig gebeurt, dan kies je 'verhuist'.

Een ezelsbruggetje kan zijn: het voltooid deelwoord eindigt vaak op een 'd' of 't', en komt voor in zinnen met 'hebben' of 'zijn'.

Veelvoorkomende fouten en waarom ze gebeuren

De fout ontstaat vaak omdat 'verhuizen' op een -en eindigt, wat het lastig maakt om het juiste voltooid deelwoord te herkennen. Daarnaast klinkt 'verhuist' en 'verhuisd' bijna hetzelfde in gesproken taal, wat bijdraagt aan de verwarring bij het schrijven.

Bovendien heeft de Nederlandse spelling een aantal regels die niet altijd even intuïtief zijn. Hierdoor maken zelfs moedertaalsprekers soms fouten die vermeden kunnen worden door wat extra uitleg en oefening.

Samenvatting

Gebruik 'verhuisd' als iets al gebeurd is en er sprake is van een voltooid deelwoord. Gebruik 'verhuist' als het om een actie in het heden gaat, of als het een vervoeging is in de derde persoon enkelvoud. Door goed op te letten welk hulpwerkwoord je gebruikt en of je praat over iets dat al heeft plaatsgevonden, kun je dit verschil gemakkelijk onthouden.